2. Weerstandsvermogen
Het beleid gaat uit van een weerstandsratio van minimaal 1,0. Dat wil zeggen dat de berekende risico’s in ieder geval zijn afgedekt door de aanwezige weerstandscapaciteit (vermogensbuffer). Hiermee sluiten we aan bij de adviezen van de provinciale toezichthouder.
Daarnaast is in het actuele risicobeleid een minimumgrens van 10% van de jaarexploitatie als streefwaarde voor de weerstandscapaciteit vastgesteld. Voor de jaarrekening 2024 gaan we uit van de primaire begroting 2025, inclusief de mutaties tot en met 31 december 2024. De streefwaarde voor de weerstandscapaciteit is daarmee minimaal € 19.736.
Stand ultimo (bedragen x € 1.000) | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 |
---|---|---|---|---|
Algemene reserve | 16.565 | 25.293 | 35.312 | 47.652 |
Risicoreserve grondbedrijf | 6.404 | 7.829 | 7.835 | 7.802 |
Weerstandscapaciteit | 22.969 | 33.122 | 43.147 | 55.454 |
Algemene risico`s | 2.915 | 2.576 | 4.162 | 3.000 |
Risico`s grondbedrijf | 603 | 562 | 311 | 342 |
Risico`s | 3.518 | 3.138 | 4.473 | 3.342 |
Vrije ruimte | 19.451 | 29.984 | 38.674 | 52.112 |
- Algemeen | 13.650 | 22.717 | 31.150 | 44.652 |
- Grondbedrijf | 5.801 | 7.267 | 7.524 | 7.460 |
Weerstandsvermogen | 6,53 | 10,56 | 9,65 | 16,59 |
Het weerstandsvermogen stijgt fors ten opzichte van eind 2023. Dit komt met name door de groei van de algemene reserve. Maar ook de daling van het totaal van de algemene risico`s speelt daar een rol in. Dit wordt veroorzaakt door een de maatregelen die zijn genomen bij de NLW, waardoor daar voor ons de financiële risico`s zijn verminderd. Het weerstandsvermogen blijft hiermee ruim boven de vastgestelde norm van 1,00.
De vrije ruimte bedraagt ruim 52 mln., een toename van bijna 13,5 mln. ten opzichte van eind 2023.